Of en wanneer een lijfrente tot uitkering moet komen is afhankelijk van het regime van uw lijfrente.
Oud regime
Bij een oud regime lijfrente kunt u zelf bepalen wanneer de uitkering in gaat. De uitkering kan ingaan voor uw AOW leeftijd, maar later mag ook.
U hoeft in principe nooit tot uitkeren over te gaan. Er geldt geen leeftijdsbeperking bij het uitstellen van de uitkering. Een oud regime lijfrente kent geen fiscale einddatum.
Nieuw regime
Valt uw lijfrente onder het nieuwe regime, dan mag de uitkering pas ingaan in het jaar waarin u de AOW-leeftijd bereikt. Later mag ook, maar niet later dan vijf jaar na het jaar waarin u de AOW-leeftijd heeft bereikt. De tijdelijke oudedagslijfrente mag maximaal € 21.483,- (2018) per jaar bedragen. Deze lijfrente kent een uitkeringsduur van minimaal vijf jaar.
Als u de uitkeringen eerder wilt laten ingaan, dan is dat mogelijk als uw lijfrente onder de overgangsregeling van 2014 valt:
- Heeft u na 2013 geen stortingen meer gedaan voor deze lijfrente? Dan kunt u het gehele bedrag gebruiken voor een tijdelijke oudedagslijfrente die op zijn vroegst ingaat in het jaar waarin u 65 jaar wordt.
- Heeft u na 2013 wel stortingen gedaan voor deze lijfrente? Dan kunt u de waarde van de aanspraak op 31 december 2013 gebruiken voor een tijdelijke oudedagslijfrente die op zijn vroegst ingaat in het jaar waarin u 65 jaar wordt. Voor het meerdere geldt de overgangsregeling niet.
Valt uw lijfrente niet onder de overgangsregeling en wenst u evenwel tot uitkeren wenst over te gaan dan raakt u – dankzij de progressieve belastingheffing, boeterente en het feit dat de in het verleden afgetrokken premies dan bij uw inkomen worden opgeteld – tot meer dan 75% van de waarde van uw lijfrente kwijt. Ook is het niet toegestaan het lijfrentekapitaal middels het wijzigen van de begunstiging te schenken.